STO en Tubbergen werken hard aan nieuwe instroom technisch talent
Techniekbedrijven hebben volop werk, maar steeds minder jonge werknemers. Want steeds minder jeugd kiest op het vmbo voor techniek. Vaak omdat zij en ook hun ouders een verkeerd beeld hebben van techniek. Die ontwikkeling is slecht voor de maatschappij en economie. Want in ons dagelijkse leven worden we steeds afhankelijker van techniek. Het landelijk subsidieprogramma Sterk Techniek Onderwijs (STO) geeft hier vier jaar lang een grote push aan met veel subsidie, gericht op het vmbo.
Ook het vmbo én techniekbedrijven in Tubbergen en omgeving doen mee met STO. Het voordeel? Door deze inzet op het vmbo creëren de techniekbedrijven, samen met het onderwijs, zelf hun toekomstige werknemers! Herman Braakhuis en Marleen Peddemors van Scholengemeenschap Canisius: “We zoeken, samen met STO, nadrukkelijk de samenwerking met techniekbedrijven in Tubbergen en omgeving. We roepen alle bedrijven op zich te melden en mee te doen.”
In alle rust breed oriënteren De jeugd interesseren voor een techniekopleiding is een grote maatschappelijke uitdaging. Op scholengemeenschap Canisius in Tubbergen valt dit overigens erg mee, dankzij een bijzondere aanpak. Herman Braakhuis is oud-decaan op het Canisius en kwartiermaker STO. Binnenkort gaat hij met pensioen, maar zijn opvolging voor het STO-werk is inmiddels goed geborgd. Herman: “Het Canisius biedt op het vmbo onder andere een heel breed technisch profiel Dienstverlening & Producten. Wij zijn een techniek brede school. Leerlingen kunnen hier ruim proeven van alle soorten techniek en maken pas in klas 4 een gerichte keuze, zoals voor de bouw, autotechniek of metaal. Weet een leerling in klas 2 al precies wat hij of zij wil doen in techniek? Dan kan deze direct rechtstreeks doorstromen naar bijvoorbeeld het Twents Carmel College of Pius X College.” Marleen Peddemors is docent op het Canisius en stage-coördinator: “Veel kinderen weten nog niet wat ze willen en op het vmbo van het Canisius kunnen zij zich in alle rust breed oriënteren. Zij krijgen techniek in hun profiel, maar lopen ook stage in de techniek. Maar niets is verplicht: we willen dat zij de richting kiezen die bij hen past en waar zij blij van worden. We merken dat de ouders die aanpak waarderen.”
STO in vogelvlucht STO is een subsidieprogramma dat loopt van 2020 – 2023. Herman: “Twente heeft subsidie gekregen en daar valt ook de regio Almelo onder, en dus ook Tubbergen. De subsidie gaan we heel gericht besteden aan een aantal praktische activiteiten. De belangrijkste is nóg meer jeugd interesseren voor techniek op het vmbo. Maar ook het aantal techniekdocenten loopt terug, dus zetten we eveneens in op meer nieuwe techniekdocenten. Verder werken we hard aan een ‘doorlopende leerlijn’. Dit betekent dat we de jeugd al op de basisschool interesseren voor techniek en hen gericht meenemen in die interesse naar het vmbo en verder.” Dit zijn slechts enkele van de in totaal 12 activiteiten waarvoor STO tussen 2020 – 2023 veel subsidie beschikbaar stelt.
Belangrijk: stevige samenwerking vmbo & techniekbedrijven Marleen: “Ik ben stage-coördinator en onderhoud de contacten met o.a. de techniekbedrijven in Tubbergen en omgeving. Ook dit is een uiterst belangrijk aandachtspunt binnen STO waarop we allerlei activiteiten richten.” Tubbergen en techniek vormen van oudsher een goed huwelijk. Marleen: “We hebben hier veel mooie maakindustrie en techniek zit ook in het dna van ouders. Onder de paraplu van STO trekken vmbo’s zoals het Canisius en techniekbedrijven héél nauw samen op zoals met stages, gastlessen en meer. Ook gaan we keuzedelen ontwikkelen waardoor leerlingen vanuit ons vmbo al een keer op een mbo-techniekopleiding mogen meedraaien om alvast te proeven hoe het er daar aan toegaat. Hiermee willen we hen stimuleren voor techniek te kiezen.”
Bundeling van krachten Herman noemt graag nog een ander belangrijk voordeel van STO: “Alle technische vmbo’s in Almelo e.o. werken hierin nu samen. Door die bundeling van krachten komen onze instroom bevorderende activiteiten veel beter en met nog meer resultaat uit de verf. Niet iedereen is nog langer op zijn eigen houtje bezig en we benutten nu de kracht van de regio.” Herman heeft een mooi voorbeeld van deze nieuwe samenwerking: “We hebben leerlingen die dieper willen ingaan op bouwen vanaf de fundering, maar daar hebben we op het Canisius de materialen, instructeurs en faciliteiten niet voor. Zij gaan nu samen met leerlingen van andere vmbo’s in onze regio naar Bouwmensen Almelo om hier heel gericht dit keuzedeel al te volgen. Hoe mooi is dat? Die samenwerking is nu mogelijk door STO.” Marleen: “Je leert van elkaar en krijgt meer eenheid door een centrale aanpak, ook naar buiten toe. Een voorbeeld? We gaan nu met alle samenwerkende vmbo’s in de regio eenzelfde opbouw van het stageboekje en beoordelen vormgeven. Het voordeel daarvan valt ook ten deel aan de techniekbedrijven, want met hun stagiaires gaan ze nu merken dat er vanuit alle deelnemende vmbo’s één gelijke aanpak in het leven wordt geroepen.”
Oproep aan alle technische bedrijven: doe mee! Marleen roept álle technische bedrijven in en rond Tubbergen op om mee te doen met Sterk Techniek Onderwijs: “Een aantal van hen heeft bij de start van STO al heel bewust een samenwerkingsovereenkomst getekend om mee te doen. We hebben ook al goede contacten met Stichting Bedrijvencontact Gemeente Tubbergen.” Samenwerken gaat op basis van ‘in kind’. Dit betekent dat er subsidie vrijkomt en de technische bedrijven in ruil hun ureninzet leveren in de vorm van bedrijfsbezoeken, stages en meer. “Maar we hebben nog niet alle techniekbedrijven in de regio bereikt”, beklemtoont Marleen: “We roepen hen op zich bij ons te melden. Ook de wat kleinere techniekbedrijven betrekken we graag bij STO. Die hebben vaak de mogelijkheden onze leerlingen tijdens een stage één-op-één te begeleiden.” Herman: “We werken vanuit STO ook goed samen met de lokale overheid; zij steunen wat wij doen en denken concreet mee.”
Veel mogelijk voor en met techniekbedrijven Er is met de subsidie van STO veel mogelijk, geeft Marleen aan. Zo kunnen bijvoorbeeld werknemers van techniekbedrijven ervoor kiezen als ‘hybride professional’ hun technische vakkennis letterlijk in de klas op het Canisius over te komen brengen. Zo krijgen de leerlingen de allerlaatste stand van zaken in de techniek geleerd van praktijkprofessionals. Op school hébben we al vrijwilligers die jarenlang in de techniek werkten, nu met de vut zijn, en hun kennis overbrengen. Daar zijn we enorm blij mee. En we roepen ook technici op die nog in het bedrijfsleven werken om bij ons hun kennis over te brengen.” Herman: “Ook staan wij ervoor open dat leerlingen een bepaald keuzedeel uit hun opleiding bij een bedrijf volgen, dus direct in de echte werkpraktijk door hen meteen te laten proeven hoe leuk het is om in de techniek te werken.”